Je hoort het steeds vaker om je heen: er slaat een nieuwe preutsheid toe. Naaktstranden worden door steeds minder mensen bezocht en al te bloot is, zo lijkt het, not done. Dat is natuurlijk niet nieuw; er zijn meer tijden van een zekere preutsheid geweest. Zo ook in 1809.
Dit schilderij hangt (tijdelijk) in Museum Gouda en is onderdeel van een de tentoonstelling Hoge Luchten. De Harlinger schilder Nicolaas Bauer schilderde deze Schaatswedstrijd voor vrouwen op de Stadsgracht te Leeuwarden op 21 januari 1809. De wedstrijd was, gezien de grote schare toeschouwers een hype. We zien het moment van de finish van de twee finalisten. Voor een groot publiek, waaronder Franse officieren, streden vierenzestig ongetrouwde vrouwen om de hoofdprijs, een gouden oorijzer. Voor meer bewegingsvrijheid hadden zij hun mantels afgegooid, we zien ze op het ijs bij de finish liggen. De wedstrijd werd gewonnen door Trijntje Pieters uit Poppingawier. Maar men sprak er schande van: half ontblote lijven om “de zwakkere kunne op te winden, door blinkend goud en sieraadjes te verlokken”. Men smeekte Koning Lodewijk Napoleon de wedstrijden te verbieden. Maar die gaf niet thuis en de Friese elite kwam uit de hele provincie op deze jaarlijkse schaatswedstrijden af.